Chateau Rouge: Deel 2




















2. Voorbereidingen

            Er heerste een aangename drukte op het Chateau Rouge. Men had het kasteel voor een volledige week gesloten voor eventuele klanten. Het grote feest dat Beatrice, Katarina’s overleden moeder had gepland, zou uiteindelijk dan toch doorgaan.
            Er kwam heel wat bij te kijken. Een gespecialiseerde firma zorgde voor een extra schoonmaak van alle toegankelijke delen van het Chateau. Sommige kamers kregen een nieuw likje verf waar de kleur wat verweerd was. De meubels en andere accessoires die het kasteel zijn eigen charme gaf, werden opgepoetst tot men er zich in kon spiegelen. De ruimtes waarin het feest zou worden gegeven werden versierd met extra sluiers en nieuwe gordijnen, allemaal in het rood, het lievelingskleur van de nieuwe Barones.
            Katarina had nooit beseft dat dit een volledige dagtaak zou worden voor haar. Ze wilde persoonlijk iedereen aanschrijven of contacteren via de telefoon. Net zoals haar moeder zaliger hield ze het individueel contact met hun klanten. Daarnaast plaatste ze tientallen bestellingen bij haar favoriete leveranciers voor de wijdste keuze aan versnaperingen en een zee van champagne. Ze wist dat deze drank de remmen losmaakte en de sfeer in korte tijd op het gewenste niveau zou brengen.
            Na de Jean-Pierre’s revalidatie van de wonde die hij had opgelopen door zich in de vuurlijn te werpen van de kogel die voor zijn vriendin Katarina was bestemd, had hij zich voorgenomen om maatregelen te nemen dat dit nooit zover meer zou komen. Hij wilde de vrouw van zijn leven, Katarina, kunnen beschermen.
Daarom had hij zich een pistool en een wapenvergunning aangeschaft. Zonder verwijl had hij zich aangesloten bij een schietclub, waar hij de laatste tijd menig uur aan het oefenen was. Daarnaast volgde hij ook nog karate in de plaatselijke ‘Senshi’ Karate Club, waar hij een van de ijverigste studenten was. Hij wist dat hij nog veel zou moeten leren, maar als er een volgende keer kwam, zou men echt rekening met hem moeten houden.
Deze week zou Jean-Pierre echter niet veel tijd kunnen doorbrengen op de schietbaan of met zijn favoriete gevechtsport. Katarina had hem de taak gegeven om de werkverdeling tijdens het feest voor te bereiden. De catering zou verzorgd worden door een groep mensen die niet voor hun proefstuk stonden, daar moest hij zich in alle geval geen zorgen over te maken. De meisjes en de jongens die voor het vermaak moesten instaan, was wel zijn domein.
Hij wist dat er mensen met verschillende soorten smaak over de vloer zouden komen. Rekening houdend met hun diverse eisen of verzoeken, zocht hij de juiste kostuums voor zijn groep uit. Victoriaanse kostuums, schitterende baljurken met hoepelrokken waar Koning Lodewijk de XIV van zou likkebaarden, van pofbroeken tot zelfs hedendaagse lederen SM-outfits en de bijgaande attributen voor slaaf en meester. Zelfs het obligate schoolmeisjesuniform en het Tiroler broekje voor de jongemannen of de paardenstaarten van Pipi Langkous zouden van de partij zijn. Al de originele kleding werd wel in die zin aangepast dat alles er sensueel en erotisch uitzag. Er werd geknipt in de stoffen op de juiste plaatsen.  De meisjes en jongens waren mooi en natuurlijk mocht dat getoond worden in het kader van het Chateau.
Het fortuin van Katarina liet ruimschoots toe om zonder financieel gevaar tot aan de rand van het decadente te gaan. Niet dat Katarina of zelfs Jean-Pierre daar nood aan hadden, maar de klanten kregen er wel een echte kick van. Hun voorbereidingen zouden zich ruim terugbetalen in de klandizie die ze in de volgende vijf jaar tegemoet mochten zien.
Iedereen werd gebrieft en onderhouden over de procedures van het feest en wie er aanwezig zou zijn en hun voorkeuren. Alles moest op wieltjes lopen, de toekomst en voorspoed van Chateau Rouge hing er van af. De kamers werden klaargestoomd voor een eventueel vlug pleziertje tijdens het feest en de dienstmeisjes moesten zorgen dat niemand werd gestoord tijdens hun persoonlijk moment. De prijzen waren navenant en het feest zou deels terugbetaald worden door hen die het eerste wilden proeven van het verboden fruit.
Katarina had de enveloppe die ze in haar hand hield al verschillende malen bekeken en wist nog altijd niet wie deze Marie-Anne Oldman was. Hij was aan Jean-Pierre gericht en het vermelde reeds zijn nieuw adres. Zijn post op zijn oud adres werd nog een tijd doorgestuurd naar het kasteel omdat Jean-Pierre de tijd moest krijgen om iedereen over zijn nieuwe woonplaats in te lichten.
De enveloppe was rozig aan de buitenkant en toen ze er even aan rook, ontwaarde Katarina een licht parfum die haar vertelde dat de dame hield van dure geuren. Ze was nu wel geen specialist maar de geur van Chanel N° 5 was duidelijk te herkennen. Binnen in haar voelde ze een vleugje jaloezie in haar opwellen. Niet dat ze dacht dat Jean-Pierre ontrouw was of zou zijn, maar het feit dat ze niet wist wie deze vrouw was, prikkelde haar nieuwsgierigheid bijna meer dan alle spanning van de voorbereidingen van het feest.
‘Jean-Pierre, ik heb iets voor je,’ glimlachte ze, toen ze hem tegenkwam op weg naar de Chambre Verte om een accessoire in deze kamer te gaan vervangen. Ze gaf hem met een nieuwsgierige blik de enveloppe, wachtend op zijn uitleg.
Hij nam verstrooid het ding aan en las de naam van de afzender. Hij fronste verbaasd de wenkbrauwen en scheurde zonder veel commentaar de enveloppe open. Katarina kon in zijn haast nog juist een heel zwierig en vrouwelijk handschrift ontwaren op brief die hij vlug doorlas.
‘Mijn God, dat ook nog!’ riep hij wat geschrokken uit.
‘Wat bedoel je, Jean-Pierre? Wat is er gebeurd? Wie is die Marie-Anne Oldman?’ Al haar vragen kwamen er in serie uit. Katarina zag aan het gezicht van Jean-Pierre dat hij datgene wat hij gelezen had, alles behalve aangenaam vond.
‘Marie-Anne komt hier morgen aan. Oldman is de familienaam van haar man. Mijn zus uit Amerika, haar man is gestorven en ze wil de familiebanden terug aanhalen. Ze vraagt of ik haar kan afhalen van de luchthaven.’
‘Maar dat is toch geen probleem, Jean-Pierre. We hebben nog een paar kamers vrij in het privé gedeelte van het kasteel. Natuurlijk is ze is van harte welkom.’
Jean-Pierre zag er niet gelukkig uit. ‘Je begrijpt het niet, Katarina. Mijn zus en ik, kunnen elkaars bloed wel drinken. We zijn vijf jaar geleden in hooglopende ruzie uit elkaar gegaan. Ik vraag me af wat ze nu weer bekokstooft?’

© Rudi J.P. Lejaeghere
10/10/2015




Reacties

Populaire posts van deze blog

Chateau Rouge: Deel 12