Requiem: Hoofdstuk 43 (2e deel)
……..
Joeri zette de eerste stap op de
muur van de Old World Highest. Zijn broer Nikolaj volgde hem op een vijftal
meter aan zijn rechterkant. Ze begonnen aan de meest gewaagde onderneming die
ze ooit in hun leven hadden ondernomen. 915 meter was een wereldrecord voor het
geveltoerisme. Hier kwam Feliciano
Louis Díaz y Garcia in het beeld. Op zo’n hoogte moest men
rekening houden met een temperatuur die heel wat lager lag dan op de grond en met
een hoge windkracht of zelfs hevige windstoten.
Zijn
‘salamanderpak’ zoals Feliciano het noemde was één van zijn uitvindingen waar
hij uitermate trots op was. Het zag er uit als een duikerspak, maar met het
verschil dat het zijn eigen warmtebron had. Een warmtebron die zichzelf regelde
via een aantal sensoren op de rug van het pak. De handen en voeten waren uit
een materiaal dat werkte als een zuignap. Eigenlijk waren het een groot aantal kleine
minizuignapjes op de handpalm en de voetzool tegen elkaar die het klevend
effect gaven. Fijne leidingen in het pak die via de armen en benen naar een
vierkant stuk hardware op de rug waar ook de sensoren zaten, zorgden voor de
goede werking van het ‘salamanderpak’. Deze leidingen waren de zuiglijnen
waarlangs de lucht tussen de handen en voeten op de muur werd weggezogen of
weer losgelaten. In iedere hand was de wijsvinger de trigger die de hand
vastzette of losliet van de verticale wand. Bij de voeten was het principe
anders. Op de wreef van de voet van het pak waren druklijnen ingewerkt die bij
een holle voet losliet en bij een platte voet zich weer vastzette.
Zowel
Joeri en Nikolaj hadden verschillende dagen met het pak geoefend en waren er bewonderenswaardig
vlug mee vertrouwd geraakt. Joeri vroeg of ze het pak na hun klimstunt mochten
houden. Feliciano had daar wijselijk op gereageerd met ‘Laat ons eerst de taak
klaren en dan zien we wel!’
De
geveltoeristen waren wel van plan om sowieso om de twintig meter een
veiligheidslijn vast te maken die hen bij een eventuele val zou opvangen. Ze
hadden tijdens hun oefeningen vastgesteld dat ze tussen de 5 à 10 meter per
minuut omhoog geraakten, maar dat was gerekend zonder het lossen en vastmaken
van de veiligheidslijn. Feliciano en Gekko waren er het over eens dat het een
klim van bijna drie uur zou worden, eventuele rustpauzes ingerekend om op de
top te geraken. Hoe hoger ze kwamen hoe moeilijker het ook zou worden.
Gekko
had een aantal veiligheidscodes doorgekregen van Feliciano waarmee hij de
beveiligingssystemen van de ‘Old World Highest’ kon omzeilen. Zo waren er op
verschillende plaatsen langs de wanden drukpunten die bij een eventuele
aanraking een alarm in werking stelden. Gelukkig had Feliciano het ooit eens
meegemaakt dat een gekwetste en verdwaalde meeuw tegen de wand was gesmakt. Dat
had vele bellen en toeters laten afgaan. Zo wist hij dat men daarmee rekening
moest houden
Ze
hadden beiden de laatste tijd zoveel veiligheidssystemen gecheckt van die Old
World Highest dat ze vermoedden, niettegenstaande ze probeerden met alles rekening
te houden, dat er nog altijd niet te controleren risico’s waren. Het viertal
dat verbonden was via oortjes en satellietcommunicatie zou op die momenten
moeten improviseren. Maar zover waren ze nog niet. De eerste opdracht was boven
geraken en dan was het aan Gekko om de dak-beveiliging uit te schakelen.
Hij
noemde het niet echt ‘uitschakelen’, want uiteindelijk zou dat hen juist de das
omdoen. Gekko zou de spiegels op het dak zo laten draaien dat de infrarode
stralen die bij onderbreking een sein naar de controlekamer van het gebouw doorgaven,
geen belemmering voor Joeri en Nikolaj zouden zijn. Hij had het in zijn
werkkamer in maquette nagebouwd en uitgetest en hij wist dat het zou werken.
Gekko giste niet, hij was een wetenschapper die alles testte en nog eens testte
vooraleer hij uitspraken deed. Het zou werken!
Meter
voor meter kropen Joeri en Nikolaj als volleerde salamanders het gebouw op.
Gekko gaf hen instructies wanneer ze een drukpunt naderden met een alarm die ze
dan handig ontweken. Hoe hoger ze geraakten hoe meer ze de wind rond hun
lichaam voelden trekken en duwen. Feliciano en Gekko hadden juist die nacht
uitgekozen vanwege de eerder windstille momenten, maar hoe hoger je kwam hoe
minder je kon rekenen op die voorspellingen. Gekko en Feliciano hoorden de adem
van de klimmers in hun oren. Net zoals bij sportmensen was ademcontrole een van
de belangrijker facetten bij het geveltoerisme, naast natuurlijk in hun
discipline de volgorde van het plaatsen van hun handen en voeten. De
klimtechniek was net als bij het bergbeklimmen van uiterst belang. Het vroeg
een jarenlange ervaring en technische kennis om het zwaartepunt van zichzelf zo
te gebruiken dat dit de krachtinspanningen tot een minimum herleidde. Joeri en
Nikolaj waren profs. Dit hadden ze bij de tests bewezen en toonden dit nu met
succes in de praktijk. Zo klommen ze meter na meter omhoog. Er zouden er nog
vele volgen vooraleer ze de top bereikten.
……..
In het hoofdkwartier van de
beveiligingsdienst heerste er een gespannen sfeer. Goro Fukamizu en Shi Udesama zaten in het vergaderruimte bij
elkaar. Hun chef, hoofdinspecteur Norino Vastai was er niet meer. Ze hadden rond
de middag een tijd bij het lijk gewaakt. Iets wat hen beiden blijkbaar moeilijk
was gevallen gezien hun norse uiterlijk en de stilte die al een tijd in de
kamer heerste. De avond was al gevallen
en ze waren zoals vele van hun collega’s nog aan het werk. Overuren!
‘Hoe moet het nu verder?’ zei uiteindelijk Goro
nogal kortaf. Hij voelde zich gepasseerd. Na het schielijk overlijden van hun
overste was er een memo van de directie gekomen dat Shi als plaatsvervangend
hoofdinspecteur werd aangesteld. Een stemmetje in zijn hoofd fluisterde hem in
dat hij beter was dan Shi. Oké, Shi was een betere veldagent, maar daarmee
alleen loste je geen zaak op. Analisten lagen dikwijls aan de basis van de
oplossing van een moeilijke zaak. De directie had deze keer niet zoals altijd
voorrang gegeven aan het aantal dienstjaren. Goro was diegene die dan
automatisch gekozen werd. Gelukkig werd er geen andere hoofdinspecteur van een
andere regio aangetrokken, dat gebeurde soms ook nog wel eens. Gelukkig dat het
worstcasescenario dat de volledige ploeg vreesde, niet bewaarheid werd.
‘Onze chef was bezig
met iedereen te screenen, ik veronderstel dat we best in zijn voetstappen
treden en zijn onderzoek verder zetten. Misschien was hij de moordenaar zelf op
het spoor en heeft dat hem het leven gekost. De lijkschouwer vertelde toch dat de
wonden waaraan de hoofdinspecteur gestorven was, gemaakt waren met de Nihonto
van de seriemoordenaar. Ja toch?’
Goro trok zijn
schouders op. ‘Een mol, ja, misschien, maar de lijst is zo lang, ik zou er een
aantal schrappen waar we zeker van zijn, dat zou tijdwinst zijn. Kom zeg nu
zelf, Shi, moet ik jou antecedenten gaan uitpluizen op mogelijke subversieve
handelingen. Ik weet toch ook dat jij daarvoor niet in aanmerking komt. Of een
aantal van de administratieve bedienden die hier werken, secretaresses en zo. Zo
zijn er nog een paar die hier toch al een tijdje meedraaien en die volgens mij
boven verdenking staan. Ik vind het idee goed en het is ook een tribuut aan
onze baas om zijn werk voort te zetten, maar laat ons het dan doen op een
wetenschappelijke efficiënte verantwoorde manier.’
‘Je hebt misschien wel
gelijk,’ antwoordde Shi die de lijst overliep. Goro deed dit ook zette een
aantal kruisjes naast een aantal namen.
Shi krabde in zijn haar en keek naar Goro.‘ Het wordt uitermate tijd dat
we antwoorden krijgen. Ik heb deze morgen al een telefoontje gekregen van de
directeur. Hij was heel beleefd maar heeft zeker vijf maal eropaan gedrongen
dat het voor de naam en faam van de Veiligheidsdienst nodig was dat de moordenaar
gevonden werd. Ik voel nu al de stress die met de taak komt.'
Goro dacht aan het salaris dat hij misliep.
Neen, tevreden was hij niet.
‘Weet je, Goro, als
Norino had mogen kiezen zou hij jou gekozen hebben,' reageerde Shi
vriendschappelijk. 'Ik weet dat je het verdient, maar je weet ook hoe men hier
denkt. Wees gerust, je tijd komt nog wel en zo’n goede kracht als jou zullen ze
zeker niet laten lopen.’ Shi wilde Goro’s gemoed wat beter stemmen. Hij had de
afgunst in zijn ogen gelezen toen hij Shi feliciteerde met zijn promotie.
‘Bedankt, oké laat ons
aan het werk gaan,’ reageerde Goro nogal koeltjes op Shi's compliment. ‘Welk
deel van de lijst neem jij voor je rekening. Trek een streep en ik doe dan de
rest. We zullen moeten voortmaken als we de hoge heren van de directie waar
voor hun geld willen geven.’
copyright Rudi J.P. Lejaeghere
Reacties
Een reactie posten